5 oktober 2023 - Er waren drie sprekers die de raad vertelden over kansenongelijkheid. Karim Amghar (auteur en programmamaker kansenongelijkheid & docent), Marlies Haukes (projectleider Onderwijs O.S.G. Echnaton), Ingrid van Gelder (voorzitter Jeugdfonds Sport & Cultuur Almere). We proberen in dit gespreksverslag in het kort zoveel mogelijk recht te doen aan wat gezegd en besproken is, maar wilt u de preciese inhoud, kijk dan de uitzending van 5 oktober terug.

Karim:

Kansengelijkheid in het onderwijs. Het maakt nogal wat uit hoe dik de portemonnee van je ouders is en wat het opleidingsniveau van je ouders is. Dat bepaalt veel van waar je terecht komt. De sociaal economische status van je gezin is hierbij bepalend. Heb je ruimte of geld voor uitjes, dan heb je ook ruimte voor ontspanning. Dat bevordert je welzijn. Heb je die ruimte niet, dan krijg je onvoldoende ontspanning. Dat kan negatieve gevolgen voor je schoolprestaties hebben. 

Het lerarentekort heeft ook invloed op kansenongelijkheid. Er is een verband tussen stress en schoolprestaties. Laaggeletterdheid neemt toe. 

De andere kant is: als je geld hebt dan kan je als ouders investeren in bijlessen zodat je kinderen uiteindelijk een diploma kunnen krijgen, wat hun ouders het belangrijk vinden. Dit resulteert in scheefheid, niet ieder kind heeft hierdoor dezelfde kansen.

Marlies:

Zij ziet kinderen langskomen die het lastig hebben omdat er geen geld is in het gezin. Kinderen dragen in de winter nog zomerkleding, hebben geen gymkleding. Ze schamen zich er voor. Echnathon investeert veel in het herkennen en zien van deze kinderen. De school heeft een zorgteam, waar coördinatoren en psychologen in zitten die acteren op signalen van armoede bij de kinderen. Door toename in armoede is ook een toename aan criminaliteit te zien.  

Er is op dit moment binnen de school veel ruimte om kinderen in ieder geval brood en fruit aan te bieden, waar de kinderen, ongeacht hun achtergrond gebruik van mogen maken. Ook bieden ze op school menstruatiemateriaal aan. Dit is een hoge kostenpost, zeker als er sprake is van armoede. De school probeert de ouders goed te betrekken maar ziet ook dat heel wat ouders minder betrokken raken. Het is, zeker voor een middelbare school, lastig om ouders te betrekken bij het onderwijs van de kinderen. Terwijl de kinderen juist enorm gebaat zijn bij goede ondersteuning vanuit huis.  

Ingrid:

Het Jeugdfonds Sport & Cultuur bereikt op dit moment al zo'n 1.300 kinderen. Maar er zijn wel 8.000 kinderen die binnen de doelgroep vallen. Het is een zoektocht hoe deze kinderen op de juiste manier bereikt kunnen worden. En dat je je er niet voor hoeft te schamen om gebruik te maken van de tegemoetkomingen. Als dat lukt kunnen kinderen (bijvoorbeeld) gaan sporten of zwemmen. En dan kunnen ze ook deel uitmaken van groepen bij de sportclubs. Dat betekent gewoon meedoen in de maatschappij. 

Het probleem waar het jeugdfonds ook mee te maken heeft, is dat de budgetten niet meegroeien met de groei van de stad. Bijna wekelijks wordt er overlegd met de gemeente hoe ze de budgetten rond kunnen krijgen en kinderen kunnen helpen om lekker mee te kunnen draaien in de maatschappij. 

De raad werd geïnspireerd door deze bijeenkomst. Voor nu is het onderwerp voldoende besproken. 

Het gesprek met de uitgenodigde sprekers vindt plaats tijdens de Politieke Markt van 5 oktober.